vrijdag 5 april 2013

Mijn prozafragment opnieuw in 'Tekstuur' van Schrijven magazine

Voor de tweede keer is het mij gelukt om een ingezonden prozafragment besproken te zien worden in de rubriek Tekstuur Proza van het tijdschrift Schrijven magazine. Dit keer verscheen mijn tekst 'Cuba' in nummer 2 van jaargang 17, de editie april-mei 2013. Het fragment wordt verspreid over twee pagina's (blz. 36 en 37) besproken door schrijfdocent Yke Schotanus.
(De tekst heb ik in oktober 2012 ingestuurd, vóór onze reis naar Cuba in december 2012).

Over de auteur staat vermeld:

Peter Samuel (66) schrijft impressies (fictie en non-fictie) over de reizen die hij graag maakt. Een deel van zijn werk is gepubliceerd in de verhalenbundel Ervoor, Erna (uitgegeven via Kirjaboek). Hij wil nog een bundel met uitsluitend reisverhalen of een reisroman uitbrengen. Binnenkort gaat hij naar Cuba, waarover hij de nodige droombeelden op zijn netvlies heeft. Op grond daarvan is onderstaand prozafragment tot stand gekomen.

De ingezonden tekst luidt:

... 1 Reginald hoort haar bolero met weemoed terug, als zijn zoveelste cocktail. Wat zou hij haar graag opnieuw ontmoeten. Die zoete herinnering. 2 Die volle lippen en hoge jukbeenderen. Haar witte tanden die sterk afsteken tegen haar donkere huid. Het witte topje en in haar navel een glinsterend diamantje. Haar superslanke benen in een strakke witte broek, haar voeten in open schoenen, ook wit, met hoge hakken. Blauw gelakte teennagels.
Reginald heeft Isabel ontmoet bij een wandeling over Havana's promenade, vlak voor het ondergaan van de zon. Vonken slaan over. De twee raken abrupt verliefd in het geheime hart van de stad 3, waar aan de godin van de zee Yemayá wordt geofferd, waar wordt gemusiceerd en gedeald, maar waar vooral verliefde stelletjes hun rendez-vous houden. Reg ervaart haar gezicht, en vooral haar donker fonkelende ogen als krachtige magneten. Hij kan zijn eigen kijkers 4 geen moment van Isabel afhouden. Hij vindt haar van top tot teen overweldigend aantrekkelijk. Terwijl haar hand in de zijne warm aanvoelt, vraagt hij het haar.
"Héél graag", reageert zij. In de schemering legt hij steels zijn hand op haar borst en voelt dat die zich opricht, tussen zijn vingers tot leven komt. "Hmm, dat is prettig", ontsnapt haar een fluister 5. "Ik heb er twee, hoor, weet je."
"Dat weet ik."
Isabel buigt elegant voorover. Reginald ontdekt de bovenste helft van haar rondingen, twee deksels van stoofpotten die godendrank, honingdrank 6 bereiden. Hij is blij dat zij buigt, lacht, haar mooie lichaam beweegt en haar hoofd vervolgens achterover in haar nek werpt. 7
"Ja, het is erg prettig. Ik heb het idee dat je van me houdt."
"Hoe kom je daar bij?"
"Zo maar. Heb jij dat idee ook?"
"We zouden naar mijn hotel kunnen gaan."
"Nee, nog niet. Maar wees heel lief voor me, zo lief als je maar kunt. En ga door met wat je doet."
Hij beantwoordt aan 8 haar verzoek, en doet vervolgens wat anders.
"Nee", zegt ze. "Dát moet je niet doen. Daar kan ik niet tegen."
Dan doet zij iets, en vraagt: "Kun jij dáár tegen?"
"Ja, mmm."
"Mooi. Ik zal je daar heel stevig vasthouden. Nee, niet zoenen nu. Als je me hier zoent, kunnen we net zo goed alles doen."
"Waarom doen we dan niet alles?"
Dan doet hij weer iets en zij zegt: "Alsjeblieft. Als je dát doet, moeten we gaan."
"Oké, laten we dan gaan." ...
  
De feedback van Schotanus:
(toegevoegd de reactie van Samuel)

1 Het drie-puntjesleesteken nooit gebruiken om zwijmelsferen op te roepen, behalve om er de gek mee te steken.
reactie PS: de drie puntjes aan begin en einde zijn bedoeld om aan te geven dat het een fragment betreft

2 Hij wil toch niet de 'herinnering' opnieuw ontmoeten?
reactie PS: nou, nu je het zegt; niet letterlijk nemen, maar een beetje mee voelen, mag dat?

3 'Het geheime hart van de stad' lijkt een andere plaats aan te geven dan de boulevard, maar de beschrijving lijkt toch weer op die boulevard te slaan - voorstel: 'dit geheime hart'.
reactie PS: tja, letterlijk genomen is 'dit' nauwkeuriger; wie de Malecon een beetje kent, plek waar geofferd wordt, begrijpt meteen welk hart is bedoeld  

4 Schattige kinderen hebben 'kijkers', vrouwen die je serieus neemt niet, lijkt mij; het is in elk geval een te clichématige uitdrukking.
reactie PS: Reg is misschien wel een schattig klein kind, dat vrouwen door zijn 'bril' bekijkt

 

5 'Hmm, dat is prettig' past nooit in één fluister, zeker niet als die je 'ontsnapt'.
reactie PS: Kan een iets langere fluister niet ontsnappen?

6 De beeldspraak 'deksels van stoofpotten' past totaal niet bij sfeer. Ook zie ik niet precies wat deksel is en wat stoofpot. Ten slotte vind ik 'honingdrank' een anticlimax na 'godendrank', het is in elk geval de 'mindere' kwalificatie.
reactie PS: Deksels zijn ietwat bolle omhulsels, daaronder zit de 'pan' waarin wordt gestoofd; een godendrank is goddelijk, een honingdrank heerlijk zoet, het zijn inderdaad niet dezelfde dranken

7 Deze zin is veel 'gewoner', maar toch mooi, veel beter 'gezien'.

8 'Beantwoordt' of: 'geeft gehoor aan'.
reactie PS: Wat wordt hier bedoeld? Is het tweede beter dan het eerste, of is het een synoniem?


Het commentaar van Yke Schotanus:

"Expliciet iets niet beschrijven, werkt averechts.

HET PROZAFRAGMENT van Peter Samuel is een eerste schets voor een groter geheel. Hij wil graag weten of hij op de goede weg is. Daar kan ik niet volmondig ja op zeggen. Maar ik zeg ook geen nee. Ik heb bij dit verhaal de neiging om bijna om de zin te zeggen: ja, goed, nee, jammer, ja goed, nee, jammer, enzovoorts.
De opening bijvoorbeeld, de vergelijking van de 'herinnering aan een bolero' met een cocktail, is goed getroffen. Daar zit heel veel in: romantiek; een verloren, of in elk geval afwezige geliefde; de aangename, maar ongezonde roes van de herinnering; en de gemengde gevoelens die daarmee gepaard gaan. De volgende zin, 'Wat zou hij haar graag weer ontmoeten', is ook goed. De roezige toon blijft, maar er komt wel nieuwe informatie. Het gaat hier blijkbaar om de herinnering aan een pril contact.
Hierna gaat het mis. De zin 'Die zoete herinnering' is overbodig en clichématig. De rest van de alinea wil ons in beeldfragmenten meenemen de herinnering in. Dat is op zich goed. En de ingezette constructie 'die dit, die dat, et cetera' leent zich daar uitstekend voor Maar dan moet je hem wel volhouden. Dat doet Samuel niet. Hij onderbreekt hem met 'haar witte tanden' en 'een strakke witte broek'.
Los daarvan vind ik niet alle beelden even sprekend en even goed 'gezien'. De smachtende toon in 'die volle lippen' behoeft geen toelichting, maar in 'die hoge jukbeenderen' wel. Het is zo'n klinische beschrijving. Er hoort iets bij, wil je mee kunnen gaan in de bewondering. 'Die gekke hoge jukbeenderen', 'die exotische hoge jukbeenderen' - iets waardoor je begrijpt wat er mooi aan is.
Zo wiebelig blijft het hele verhaal. De tweede alinea verandert in de eerste drie zinnen telkens van toon. Van de voltooid tegenwoordige tijd ('heeft...ontmoet') overstappen naar de onvoltooid tegenwoordige tijd ('vonken slaan over') kan, dan duik je een scène uit het verleden in, maar dan moet je niet meteen weer heel veel afstand nemen. En dat gebeurt hier wel. De drieslag waarmee het geheime hart van de stad wordt neergezet, vind ik wel mooi.
Ook mooi, ten slotte, vind ik sommige wendingen in de dialoog. Die dialoog is spannend. Tot nu toe hebben we te maken met een droomvrouw op een droomlocatie, en er lijkt zich ook een (natte) droomscenario te gaan ontwikkelen. Maar dan zetten de reacties van de vrouw je toch net steeds op het verkeerde been. Ze is enerzijds doortastender, anderzijds terughoudender dan je verwacht. 'Ja, het is erg prettig' lijkt mij te formeel, maar verder vind ik wat er gezegd wordt wel goed. Des te vervelender dat een misplaatste geheimzinnigheid of preutsheid Peter Samuel ertoe brengt vreemd afstandelijke zinnetjes op te schrijven als: nu doet hij iets, en nu doet zij wat anders. Het hoeft echt niet allemaal heel expliciet, liever niet zelfs. Maar zo expliciet iets niet beschrijven, werkt averechts. Alsof er een zwarte balk of een witte vlek in een foto is geplaatst. Heel lelijk.
Gelukkig is dit tekstfragment nog maar een eerste schets voor het verhaal. Alle kans om de sterke kanten uit te buiten en de zwakke weg te werken. Het openingsbeeld en de dialoog verdienen het.

Yke Schotanus is schrijfdocent, redacteur en schrijver. Gedichten van hem verschenen onder andere in Tzum, De zingende zaag en De Tweede Ronde. In de Schrijfbibliotheek verscheen in 2007 zijn schrijfboek Song- en liedteksten schrijven.
  

Geen opmerkingen:

Een reactie posten