donderdag 25 juli 2013

Zomers Carnaval in Schagen



Vandaag, donderdag 25 juli 2013 maak ik - er op de fiets - een feestdag van. Alsof het Sint Maarten is, in ieder geval in de richting van Schagen. Dat leuke stadsbezoek heb ik mijzelf al beloofd sinds ik een paar jaar geleden met mijn riksja door het oude centrum aldaar trapte. Gezellig oud stadje, knus sfeertje. Vooral omdat de afscheid nemende huisarts en zijn echtgenote toen in mijn bakje graag geziene en toegejuichte gasten waren.



Nou, ik tref het. Ondanks dreigende bewolking vanuit het zuidwesten gaat het mij voor de wind. Nee, ik ga niet over de vlotbrug van Sint Maarten. Te strandgericht. Wat kom ik wel allemaal voor pracht en praal tegen? Waarland! Groenveld! Dirkshorn en Tuitjehorn. Stroet, geen Groet. Koedijk, Kalverdijk. In plaats van Koudekerke passeer ik Warmenhuizen. En waratje, het bolletjescafé ter ere van Steven Rooks staat er nog in volle glorie, al zijn de deuren gesloten en dateert Rooks' zege van lang geleden.



Wat ik niet weet: Schagen viert de vierde feestelijke donderdag uit een reeks van tien. Elk van die dagen heeft een thema, vandaag viert de klederdracht hoogtij. Uit alle Noord-Hollandse windstreken is het publiek uitgelopen om de terrassen rond de kerk in het oude centrum te bevolken. Het kan haast niet voller. In afwachting van de optocht, die langskomt. Paardenkoetsen? Gay-parade? Ik heb geen idee. Ik blijf er niet op wachten. Het is me onverwacht al druk genoeg. Gewillig poseren enkele Skagers voor mijn Samsung.













Nog voor de stoet uit maak ik zonder de kerktoren te beklimmen rechtsomkeert. De dreigende wolken laten luttele druppels vallen, waar ik niet op zit te wachten. Gelukkig valt die koude douche uiteindelijk mee. Ik keer terug over (een) Langedijk, via Noord- en Zuid-Scharwoude door een ruraal landschap, om uiteindelijk door Sint Pancras - mooie naam - Alkmaar te doorkruisen. De dag voor de kaasmarkt viert het Waagplein nog geen feest. Het is er heel rustig, nog maar ochtend. Om klokke twaalf thuis heb ik er zeventig kilometer op zitten. Feestelijke kilometers. Schagen, ik ga nog een keer.


Geestmerambacht: zoek de reiger



Dirkshorn
















Hoornsevaart




Waagplein


zondag 21 juli 2013

Rijp Rondje door LeeghwaterLand



... volle pont/pond ...
Zondag 21 juli 2013 is niet alleen de dag van de laatste Tour-etappe, maar ook een extreem hete dag in Holland. Waar het kwik in de richting van veertig graden Celsius kruipt, schakel ik naar een fietsrondje van zo'n veertig kilometer. Voor een eurootje kan ik nog net aansluiten op het gevulde pontje van Akersloot om de overzet naar het Noord-Hollandse laagland te ondergaan. Een nieuw pontje, de voor de scheepvaart hinderlijke sleepkabel hangt niet meer in de waterweg. Op mijn gemak trap ik het Land van Leeghwater binnen, richting West-Graftdijk, Graft en De Rijp.


Als ik het pontjespeloton aan de overzijde voorbij sprint, zit ik in een wervelende wip vol tegenwind in West-Graftdijk, Graft en De Rijp. Kerktorens en fraaie raadhuizen lachen mij in het echt Noord-Hollandse landschap tegemoet. De polders zijn groen, langs de vele waterwegen heersen hoge dijken. Waar kom je zo veel gerestaureerde molens en statige stolpboerderijen tegen?
De Rijp is een uniek dorpje, niet alleen voorzien van 't Stadhuis van Amsterdam en zo nog wat monumenten. Volgens mij is het tevens de woonplaats van Han Bennink, de drummer die in het jazzcircuit overbekend is.









Mijn ontdekkingstocht voert niet naar een militair fort, een oud gemaal of een nog werkende poldermolen. Ik speur naar Han Bennink, de 'beroemde' broer van saxofonist Peter, mijn oude schoolvriendje van een halve eeuw geleden. In de Rechtestraat neem ik een kijkje aan het water, achter restaurant Oudejans. Daar liggen de fluisterboten te wachten, die natuurliefhebbers geluidloos door de Eilandspolder kunnen vervoeren. De slagwerker die ik zoek, is niet bekend binnen de Rijper gemeenschap. Navraag bij een kwintet Rijpenaren mondt slechts uit in onwetend schouderophalen. 'The noise of drumsticks' past ook niet bij het gekabbel te water van de 'whispering boats'.

"Bennink? Han? Nóóít van gehoord. Weet u wie hier wél in de buurt wonen? Trijntje Oosterhuis in Noordeinde. Hans Dulfer in Groot-Schermer. En zijn dochter Candy woonde ook in de buurt, maar zij is net verhuisd".
Ik reageer onthutst. "Wat is dat nu vreselijk jammer. Candy had ik graag tegen het lijf willen lopen!".
"Ja ja, dat zal wel. Om saxofoon te spelen, zeker".
"Ha ha, u zegt het. Weet u trouwens het verschil tussen een saxofoon en een saxement? ...".
(NB. Saxement, spreek uit: zak cement)


... Trijntje niet thuis ...


... Hans en ...


... Candy niet ...



Ik fiets door Noordeinde, maar kom Trijntje in haar woonplaats, een lieflijk gehuchtje, helaas niet tegen. Het is hier wel eindeloos wonen, althans in de zomer, lijkt mij. De beeldentuin van wijlen Nic Jonk in Groot-Schermer laat ik voor wat hij is. Die heb ik al enkele keren bezocht. Het Hollandse laagland met zijn omringdijk(en) is wonderbaarlijk rustig fietsen, vermoedelijk is het te warm, want het landschap nodigt wel uit tot fluisterfietsen.


... Erna's favoriete glazen vogelkes ...


... Rijpe badmode? ...


... moderne badmutsen? ...
Ik moet niettemin terug naar de bewoondere wereld, het Alkmaarse, Heiloose, Limmense. De route gaat via Stompetoren, waar ik nog even de protestantse kerk binnenwip voor een slok water en een hap banaan. Er is schaduw. En er is een expositie, zoals dat maandelijks elk weekeinde een goede gewoonte is, aldus de vriendelijke organisatrice met de initialen EH (ken ik die?), die mij als overbodige luxe heel vriendelijk een kopje thee of een glaasje fris aanbiedt. Ik weiger beleefd, je weet ten slotte nooit waar de doping vandaan komt. Ik heb daarom mijn eigen bidon en banaan bij me. Wel koop ik een paar kunstzinnige ansichtkaarten, die mijnentwege altijd een goede bestemming zullen vinden.






... Organisatrice Els H.: "Dat is inderdaad Mr. Mandela" ...
Langs Alkmaarse dreven rijd ik tegen de stroom AZ-supporters bij het stadion in. Open Dag? Waar hebben die mensen zin in? Ik controleer nog even of de brand in de huisvuilcentrale van deze ochtend vroeg al is uitgewoed. Dat is hij gelukkig, de zwarte rookpluimen die de ramen in Heiloo en Akersloot gesloten hielden, zijn verwaaid. Eenmaal thuis in Noord-Limmen kan ik de ramen weer openzetten om frissere lucht binnen te laten. Gelukkig toeven de buren ook in hun achtertuin. Zij barbecuen. Morgen zullen ze wel weer de nodige uurtjes gaan schuren. 't Hout wat, een gebed zonder end. Waar het KNMI opnieuw hoog oplopend kwik voorspelt, ga ik ook dan weer een fiks rondje fietsen. Om de kerk, welke dan ook.


maandag 15 juli 2013

Harinkie, ijssie en kleintje pils

Op maandag 15 juli 2013 gebruik ik de rustdag in de Tour de France om zelf weer eens een Tour de Force fietsend te forceren. Ik moet volgens afspraak naar tandarts en mondhygiëniste die hun beroep in Beverwijk uitoefenen. Vanuit Limmen is dat niet naast de deur, maar ik ben wel anders gewend geweest, namelijk vanuit Beverwijk en Castricum voor gebitscontrole of behandeling naar Hilversum. Dat is dan op je tanden bijten, nietwaar. Uurtje of drie, vier per spoor reizen om vaak slechts luttele minuten met open mond vol tanden te zitten.
Maar goed, deze maandag is het schitterend weer. In een uurtje ben ik, op mijn gemak het duingebied doorkruisend, ter plaatse. Naast mij in de wachtkamer tref ik een leeftijdgenoot, die ook veel door het duin wandelt en fietst. Hij komt ook voor controle, verwacht geen problemen en kletst mij de oren van de kop. Vooral over die goeie ouwe tijd in Beverwijk en omgeving. Niet alleen aardbeienteelt, ook Ab Geldermans en diens gele trui - de man woonde vlak naast de wielrenner - passeren de revue. Mijn wachttijd is zó om.
Nadat Victoria alle hoekjes en gaatjes binnen een half uur schoonkrabt, brengt aimabele Michiel me op stimulerende wijze, voorzien van kleurenplaatjes, wat minder positief nieuws. Een 'lekkende' kroon op het scherm, die vervangen moet worden. "Goed idee", zeg ik, "wacht mij opnieuw een enerverend fietstochtje".





Alles in de Beverwijkse groepspraktijk achter de kiezen latend, tuf ik in een opwekkende cadans over de Deltahoge sluizen naar de IJmuidense kop van de haven. Met uitzicht op het forteiland trakteer ik mijzelf in gezelschap van een niet-Limburgse meeuw op een heerlijk harinkie.










Even later trekt een pracht van een luxe camper met vreemde nummerplaat, waarnaast een bordje FL, mijn aandacht. "You speak English", ask ik aan de bestuurder. Hij lacht vrolijk: "A little bit". Ik kan zijn accent niet thuisbrengen, maar vraag hem naar zijn nationaliteit en wat de letters FL betekenen. Ik weet immers dat auto's uit Finland iets met een S (van Suomi of zo) naast hun nummerbord vermelden. De vakantieganger op weg naar Schotland legt mij uit dat hij uit een 'principeauté' komt. "Liechtenstein, you know that?". Ik som meteen het rijtje Andorra, San Marino, Liechtenstein op, maar daar wil hij niets van weten. "But what's the meaning of the F?", werp ik op, wetend dat je Principeauté net als in Monaco met een P schrijft. Begint hij meteen Duits te spuien: "Fürstendumm!". Nou ja, weer wat geleerd. Auto's en campers met FL op hun achterste komen uit het Fürstendumm Liechtenstein. Jetzt weiss ich Bescheid, vergiss ich nie!

... Ik vraag een A'damse wijsneus op de eerste werkdag van de week ...

... of er morgen een andere 'titel' op het dak komt. Staart-ie me nietbegrijpend aan! ...




Lekker voor de wind langs de zuidelijke kant van het Noordzeekanaal naar vorstelijk Amsterdam, waarbij ik kroondomein Ruigoord in het westelijk havengebied passeer. Voor het eerst van mijn Hollandse leven bezoek ik het riante domein van de Westergasfabriek, waar de Fashion Week (FW) zich manifesteert en even verderop in het zonnetje een kinderpoel in het Westerpark met gesluierde moeders op de grasstroken een drukte van belang kwik, kwek en kwakken.



Goh, en dat zo dicht bij het epicentrum van onze hoofdstad, aan de voet van Dam, Rokin en Centraal Station, het vernieuwde spoorhuis, waar ik achterlangs koers op weg naar de pont die mij naar A'dam-Noord moet brengen. De tijd vliegt immers en ik moet ook nog weer terug naar landelijk Limmen. Met windje teugen, zoals zal blijken. Op mijn gemak het veer verlatend, grijp ik de kans die het mobiele ijsboerke met Italiaanse gelatti mij biedt. "Zo'n hoorntje met twee bolletjes, graag, doe maar pistache, dat is mijn gifgroene kouwe lievelingskleur, eh ... favoriete smaak, bedoel ik".













En daarna volgt een lange, lange thuisreis. Wel apart, want het is door de streek waar ik veertig jaar geleden woonde. Niet in hoofdstedelijk Noord, maar wel in het durpie Oostzaan, dat inmiddels uit zijn voegen groeit. Waar recreatiegebied 't Twiske in mijn tijd van toen nog op de tekentafel lag. Friki Ruig, van de gevederde plofkippen, zit ook nog steeds op hetzelfde plekkie. Alleen het ooit originele eerste winkeltje van grootvader Appie Heijn op de hoek van de T-kruising is verdwenen. Nieuwbouw, nieuwbouw, nieuwbouw, veel en vooral groot. Onder de snelweg door naar Zaandam is lang, langer, langst, zeker trappend in het tegenspartelende zadel. Gelukkig herinner ik mij het snackbarhutje aan de voet van de veertien verdiepingen tellende Noordwachter, waarin mijn eerste splinternieuwe vierkamerflat zich op het hoogste niveau bevond - begin jaren 1970 heb ik het over -, maar dat eethutje is nu restaurant-bar met buitenterras. Even ravitailleren dus met zo'n overheerlijk helder houvast van royaal geel met twee vingers wit schuim on top.



Helaas zakt die verraderlijke vloeistof vrij snel naar je kuiten. Dat ontdek ik langs de Zaan met zijn karakteristieke groene huisjes, maar vooral langs de langlijzige provinciale weg vol vierwielblik, die Zaandam met Wormerveer - nieuw NS-station in aanbouw, fietspad gesloten -, Krommenie, Assendelft en Uitgeest verbindt. Vanuit Uitgeest weet ik dat het dan nog een kilometertje of zeven is, meer dan teveel op dat moment, zodat ik uiteindelijk met rond 87 km op m'n teller net voor Erna thuis zal arriveren. Kiezen op elkaar en doorbijten, ik was de dag er al mee begonnen. Binnenkort mag ik weer met mijn mond open in de stoel liggen. Lekker lui, puffen, uitbuiken, bijkomen, dat soort dingen. En tóch fiets ik liever dan dat ik auto rijd ...



... Zaans meisje langs de Zaan ...