dinsdag 21 februari 2012

De kunst van mijn veldspel



Slagman, korte stop, werper, achtervanger

Het is een revolutionair jaar, 1968. Mijn carrière op de groene grasmat verloopt crescendo. Zo van de A-junioren naar het eerste, in de spits nog wel. Apetrots op de apenrots. Mijn club wordt 75 en viert op grootse wijze feest. Amateurs als wij (nog) zijn, mogen we tegen de Oud-Internationals opdraven, de grote cracks die terug in de tijd voor Oranje zijn uitgekomen. Onder hen 'Us Abe', de Heerenvener Abe Lenstra, de man die in de gelegenheid was een blanco cheque te ondertekenen. Abe naar Italië? Nee, naar sportclub Enschede, de voorloper van FC Twente, niet té ver van zijn huis. Hij verhuisde naar de Goeman Borgesiusstraat in Enschede, waarom ik dat nog steeds weet, mag Joost weten, niet zijnde Van Gangelen, wiens vader Dick ooit bij mij in de klas heeft gezeten, een leeftijdsgenoot die bij mijn weten een (te) vroege dood is gestorven, zoals ook us Abe er al enige tijd niet meer is. Helaas ...


Abe Lenstra (3e van rechts), Peter Samuel (9e van links)

Voordat Oranje en wij van de HC&FC Victoria uit oktober 1893 voor de statiefoto aantreden, geef ik de Friese maestro een hand. Zijn handtekening had ik al, aangevraagd per brief met postzegel voor antwoord. Abe stuurde mij een prachtige, glanzende foto met kuif en in zwart shirt met witte V op de borst. Geweldig. Ik herinner mij uit die tijd dat de 'Zwarte Panter', zijnde doelman Frans de Munck, mij ook zijn foto met handtekening retourneert, maar de door mij bij aanvraag ingesloten postzegel confisqueert. Terwijl ook hij toch 'betaald voetbal' speelt, in Fortuna '54 uit Limburg en later naar ik dacht in Frankrijk, net als de vermaarde, kale en misschien wel daardoor razendsnelle linksbuiten Bertus de Harder.



Abe zegt niet veel tegen mij. Hij is een nuchtere, schuchtere noorderling. Een amicaal gesprek gaat hij uit de weg, zelfs als ik hem uitdaag: "Voetballen doe je zó! ...".
"O, dus jij hebt mijn boekje bestudeerd?!". Abe is meteen klaarwakker en trapt met veel effect een bal weg.
Otto Roffel, nog zo'n noorderling, maar dan anders, kijkt naar ons, zittend op de deklat van het doel, zijn domein, zijn habitat. Die lange lat was de doelman van het toenmalige GVAV, de Groninger Voetbal en Atletiek Club, nu FC Groningen, uit de gelijknamige hoofdstad van de provincie met dezelfde naam. De leptosome goalie is naar 't Gooi, naar radiostad Hilversum verhuisd, voor zijn werkgever (Wolters en/of Noordhoff volgens mij), om bij ons cluppie de eigen kweek in het doel te verdringen. En om vervolgens de positie van directeur van Amsterdams Olympisch Stadion in te nemen, succesvol bekleed door naar ik meen ene Dick Bessems. Otto wordt door onze voorzitter (!) onmiddellijk tot aanvoerder van ons eerste elftal gebombardeerd. Wat mij betreft te gek voor woorden. Hoeveel échte clubmensen worden niet gepasseerd?



Ik mocht Roffel niet, heb hem nooit (aan)gesproken. Hij is niet alleen ellenlang, waar ik een kleintje ben, hij heeft het naar mijn gevoel een beetje 'hoog in de bol'. Té hoog als men het mij zou vragen, maar dat gebeurt dus niet. Dientengevolge reageer ik mijn ongenoegens op hem af als hij bijvoorbeeld weer eens een lange uittrap onbereikbaar over de zijlijn verstuurt. Wij spelen al 4-2-4. Het andere flipje naast mij in de spits is Flip Krant, een kop kleiner dan ik, een ervaren ouwe goaltjesdief. Flippie en Sampie, wat een illuster spitsenduo!
Ik zal nooit vergeten dat Otto - als voorbeeldig aanvoerder - mij het veld uit roffelt. Een éigen aanvoerder die zijn eigen spits, geboren en getogen op diens eigen velden aan het Slangenpaadje door de Zuiderheide, voor de ogen van zijn éigen publiek - mevrouw Huguenin en dochter Joke voorop, blonde uk Freddy Handelaar, de later beroemd geworden jockey van Hilversumse en andere paardenbanen, die mij tot de deur van de kleedkamer alwaar koud water om een handtekening achtervolgt - die directeur-in-spé Roffel dus, en niet de scheids dus, die lange die zijn ploeggenoot van het veld bonjourt. Roffeliaans autoritair. Ongelovelijk. Onvergetelijk. Onvergeeflijk.

Staande v.l.n.r. G.H. Voorma (voorzitter, met hoed), Rinus Schaap (trainer, in trainingspak), Jan Wingelaar, Piet Krant, Arjan Knotsenburg, Peter Keller, Arie Beerthuizen, Otto Roffel, Cees van Beusekom (clubgrensjager); zittend v.l.n.r. Hans Süss (barkeeper, playboy), Peter(tje) Samuel, Martin de Nooy, Flip(pie) Krant, Tonny Sterk 
De wedstrijd tegen de Oud-Internationals eindigt in 2-2. Abe en ik schudden elkaars handen opnieuw. We ruilen geen shirts, dat mocht toen nog niet, dat was in ieder geval nog niet de gewoonte. Helaas. Onze trainer Rinus Schaap - ook voor SC Enschede uitgekomen - houdt mij ondanks zijn leeftijd, twee keer zo oud als ik, van scoren af. Het kost hem moeite - ik ben zijn oogappelspits, ik voel dat nog altijd -, maar de aimabele man, ook hij leeft niet meer, was een zeer voetbalintelligente speler. Net als het klaverjassen, vast pandoer na de training en zondags vóór de wedstrijd, doorziet hij het spel met de leren knikker ook in al zijn getructe finesses. Niet voor niets wordt ook hij profvoetballer, ik dacht in Parijs, in ieder geval in Frankrijk, waar hij met de Nederlandse profvoetballers in de watersnoodwedstrijd van 1953 het Franse profteam weet te verslaan.
Ik geloof niet dat Abe daar ook bij was. Frans de Munck wel, en Bertus de Harder, en zo nog wat bekende namen uit die tijd die met krantenfoto's ooit op mijn kamer aan het behang geplakt hingen te vergelen. De jaren vijftig van de twintigste eeuw, niks revolutionairs, maar de tijd van wederopbouw, de tijd dat ik ervan droomde als international het Oranjeshirt te dragen. Wist ik veel dat dat er - ten onrechte - niet van zou komen. Is het daarom dat ik het duel tegen de Oud-Internationals, met Abe voorop, backstel Roel Wiersma en Kees Kuijs, Spartanen Tonny van Ede en Tinus Bosselaar, Haarlemmer Loek Biesbrouck, nog steeds met mij meedraag?
Ongelovelijk, onvergetelijk!


't Gooi-Victoria op Sportpark Hilversum, v.l.n.r. Peter Samuel, keeper van 't Gooi, Flip Krant


1 opmerking:

  1. Wat een leuk verhaal! Dit verhaal begint in 1968. Nu bestaat Victoria al weer bijna 120 jaar! Wat een tijd. Volgend jaar weer een jubileum. Ik neem aan, dat wij deze mooie foto's ook in ons historisch archief hebben zitten?

    Met vriendelijke groet,
    Edwin van Eijk
    Secretaris HC & FC Victoria

    BeantwoordenVerwijderen